De toepasselijkheid van een cao op een arbeidsovereenkomst: het incorporatiebeding

Is sprake van een dynamisch of statisch incorporatiebeding?

Een van de manieren waarop een cao op een arbeidsovereenkomst van toepassing kan zijn, is door middel van het zogenaamde incorporatiebeding. Dat wil zeggen dat in de arbeidsovereenkomst met zoveel woorden een cao van toepassing wordt verklaard. Alle bepalingen uit deze cao gelden dan ook tussen de werkgever en de werknemer.

Van een statisch incorporatiebeding is sprake als een specifieke op het moment van sluiten van de overeenkomst geldende cao van toepassing wordt verklaard. Dus alleen de dan geldende versie van de cao wordt in de arbeidsovereenkomst geïncorporeerd en niet de toekomstige versies van deze cao. Van dit laatste is wel sprake bij een dynamisch incorporatiebeding: niet alleen de cao zoals die geldt bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst wordt van toepassing verklaard, maar ook de toekomstige versies daarvan.

De vraag of in een arbeidsovereenkomst sprake was van een statisch dan wel dynamisch incorporatiebeding was aan de orde in een recente uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De arbeidsovereenkomst bepaalde “de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de confectie-industrie zijn op werknemer van toepassing”.

Het Hof was van oordeel dat deze bepaling een dynamisch incorporatiebeding inhoudt omdat in deze bepaling geen verwijzing is opgenomen naar een specifieke versie van de cao terwijl algemeen bekend is dat cao's periodiek inhoudelijk kunnen wijzigen. De bepaling moet dus zo uitgelegd worden dat is bedoeld een op enig moment geldende cao op de arbeidsrelatie tussen partijen van toepassing te laten zijn. Dus niet alleen de eerste versie van de cao, maar ook latere versies.

Deze "ruime" redenering van het Hof was in het voordeel van de arbeidsongeschikte werknemer aangezien hij op grond van de laatste versie van de cao langer recht had op doorbetaling van 100% van zijn loon.