Minuren in coronatijd

Corona-minuren mogen niet worden verrekend met plus-uren. 

De coronacrisis houdt de gemoederen al enige tijd bezig. Ook in het arbeidsrecht volgen er wekelijks uitspraken die op enige manier verband houden met de coronamaatregelen. 

In een recente kwestie had een werkgever naar aanleiding van de coronacrisis – na instemming van de ondernemingsraad – een zogenoemde urenbank ingevoerd. Deze urenbank hield in dat min-uren werden opgebouwd. Om op de werkvloer de noodzakelijke 1,5 meter afstand in acht te nemen kon de werkgever namelijk niet zijn volledige productiecapaciteit benutten. Werknemers moesten de min-uren inhalen door op een bepaald moment weer plus-uren te maken. Dit hebben de werknemers geweigerd. Wie had gelijk? 

De voorzieningenrechter oordeelde dat de verrekening van niet gewerkte uren in strijd is met de wet. Dat de werkgever in verband met de coronapandemie zijn werkwijze moest aanpassen, waardoor werknemers niet hun volledige arbeid konden verrichten, is een omstandigheid die in de risicosfeer van de werkgever ligt. Een werknemer behoudt zijn recht op loon als hij zijn arbeid niet kan verrichten door omstandigheden die in beginsel overmacht opleveren. Dit is alleen anders als de reden voor het niet werken in redelijkheid voor rekening van de werknemer behoort te komen. Aldus was de werkgever verplicht het volledige loon door te betalen. 

De uitbetaling van de niet gewerkte uren kan gelet hierop niet als voorschot op het loon of als te veel betaald loon worden gezien. Kortom, de min-uren die de werknemers door de coronacrisis hebben opgebouwd mogen niet met plus-uren worden verrekend.